Zij zette zich in voor de verbetering van de positie van vrouwen en kinderen. Zelf had ze als kind onderwijs gevolgd en zo het belang ervan ervaren. Ze wijdde zich vervolgens aan het vergroten van onderwijskansen voor Indonesische meisjes. Tot op de dag van vandaag is Kartini een voorbeeld voor vrouwen in Indonesië en Nederland. Haar geboortedag, 21 april is een nationale feestdag in Indonesië, Hari Kartini, en in 1964 is ze uitgeroepen tot Nationale Held van Indonesië.
Onderwijs was in de eerste helft van de twintigste eeuw een belangrijke pijler van de Nederlandse Ethische Politiek in de archipel. Maar het aantal scholen bleef heel beperkt en ze waren veelal etnisch gesegregeerd. Indonesische nationalisten, die zich verzetten tegen de Nederlandse overheersing, bepleitten steeds vaker het belang van antikoloniale educatie en richtten hun eigen Taman Siswa-scholen op.
Raden Ajeng Kartini is tweemaal afgebeeld in het gebouw: als houten beeld in de leeszaal van de voormalige bibliotheek en als buste boven de middelste boog in de lichthal van het museum. Hier is Kartini’s portret geflankeerd door een leerling, waarschijnlijk een Javaans meisje, en een onderwijzeres, een Javaanse vrouw met ganzenveer en pen. Tegenover Kartini in diezelfde hal bevindt zich een beeld van Koningin Wilhelmina, een gelijkwaardige tegenhanger van deze krachtige vrouw.